Home » Nieuws » Circulaire transformatie: Haagse Paleis van Justitie
07-07-2025

Circulaire transformatie: Haagse Paleis van Justitie

Via CO2-gestuurd ontwerpen naar een duurzame metamorfose

Het Paleis van Justitie in Den Haag – een complex van tachtigduizend vierkante meter – ondergaat een ingrijpende renovatie terwijl het operationeel blijft. Een consortium van ABT, Nudus, HUB architecten en Karres en Brands implementeert in opdracht van het Rijksvastgoed-bedrijf een vergaande circulaire aanpak. Vanuit het Oosterhoff-ecosysteem leveren, naast ABT, ook Huygen, Meelis & Partners, abt be en bbn adviseurs hun specialistische kennis.

Bouwen met wat er is

“De basis van dit project is een zeer heldere visie”, legt Caro van de Venne, architect en partner van Nudus, uit. “We bouwen met wat er al is. De afgelopen jaren is de perceptie van circulair bouwen flink veranderd. Dacht men daarbij voorheen plat gezegd aan het gebruik van tweedehands kozijnen, momenteel is er een  groeiend besef dat materialen uit bestaande gebouwen waardevolle grondstoffen kunnen zijn. Bij het Paleis van Justitie streven we ernaar om zoveel mogelijk bestaand materiaal, met de juiste bewerking, weer naar nieuwbouwkwaliteit te brengen; wij noemen dit project dan ook een ‘vernieuwbouw’.”

“Ontwerpen met bestaande materialen én een mooi, veilig en kwalitatief goed  gebouw maken, brengt technische uitdagingen met zich mee.”

Materiaalhergebruik: een nauwgezet proces

Door bestaande elementen te combineren met architectonische en technische innovaties, werkt het team aan maximale CO2-reductie. “Ons startpunt was een brede inventarisatie van het hergebruik-potentieel in het gebouw”, vertelt Rowan van Wely, vanuit ABT betrokken als ontwerpleider. “Bij deze methodische aanpak werken we van grof naar fijn, waarbij we beginnen bij grote materiaalrijke componenten. Neem het natuursteen op de gevels – dat willen we maximaal hergebruiken, met een levensduur van 50 jaar. We bepalen welke technische aanpassingen nodig zijn en welke esthetische kwaliteit we kunnen behouden.”

Een ander element dat aangewezen is voor hergebruik is de beglazing in de gevel. Hierbij heeft het team een uitgebreid plan ontwikkeld om de kwaliteit te testen, verbeteringsmethoden te identificeren en de prestaties in nieuwe toepassingen te evalueren. “We hebben een omvangrijke beslissingsmatrix gemaakt waarin we van elke component hebben beoordeeld of hergebruik haalbaar is”, vervolgt Rowan. Waar opwaardering nodig is, doen we dat straks idealiter ter plaatse, in het gebouw zelf. Waar dat niet lukt, proberen we die opwaardering zo dicht mogelijk bij de bouwplaats te realiseren. Zo verkennen we alle mogelijkheden om de CO2-impact van deze vernieuwbouw te beperken”, vult Caro hem aan.

Anders ontwerpen

Met hergebruik als uitgangspunt verandert het proces fundamenteel, voor zowel engineers als architecten. “Ontwerpen met bestaande materialen én een mooi, veilig en kwalitatief goed gebouw maken, brengt technische uitdagingen met zich mee. Voorheen zou je kozijnen en glas naar je eigen specificaties ontwerpen”, legt Rowan uit. “Nu zijn de bestaande glasafmetingen je uitgangspunt, en pas je het ontwerp daarop aan.” Caro voegt toe: “Er is sprake van een bepaalde acceptatie. We werken met bestaande materialen en gebouwvormen die ieder hun eigen uitdagingen hebben. Als ik vanaf nul zou bouwen, zou ik dingen misschien anders doen, maar nu zijn de resultaten een combinatie van wat er is en waarde die wij als architecten en engineers kunnen toevoegen.”

Rowan van Wely (links) en Caro van de Venne

Waarde aantonen

Het werken met bestaande materialen brengt dus unieke uitdagingen met zich mee. Zo ook op het vlak van de bouwregelgeving. “De huidige bouwregelgeving is ingesteld op het  toepassen van nieuwe materialen en niet op hergebruik”, aldus Caro. “Bij het omgaan daarmee is de aanpak van ABT cruciaal. Zij durven te bevragen of strikte naleving van regelgeving noodzakelijk is als we kunnen aantonen dat iets kwalitatief goed en veilig is. Deze kritische houding drijft ons naar een aanpak die meer gericht is op het aantonen van waarde, technische kwaliteit en veiligheid dan simpelweg het afvinken van vakjes.”

Klimaatresponsief ontwerp

De duurzaamheidsambitie wordt integraal benaderd en strekt voorbij materiaalhergebruik. Zo worden ook de thema’s klimaatadaptatie en natuurinclusiviteit meegenomen. Daarnaast creëert het team een dynamisch klimaatconcept. “We passen een genuanceerde benadering van klimaatbeheersing toe”, legt Caro uit. “Verschillende ruimtes vereisen verschillende klimaten op basis van hun activiteiten. Ook erkennen we dat klimaatbehoeften verschillen tussen winter en zomer, en dat mensen zich daarop kleden.” Deze aanpak betekent dat sommige gebieden, zoals circulatiegangen en entreehallen, geen intensieve klimaatbeheersing nodig hebben. “Een bezoeker die zijn jas nog aanheeft, heeft niet hetzelfde comfortniveau nodig als iemand die de hele dag aan een bureau werkt”, merkt Rowan op. “Door onze aanpak te differentiëren, verminderen we het  energiegebruik en de CO2-uitstoot nog verder.”

Operationeel tijdens de bouw

Een van de grote uitdagingen is het operationeel houden van het Paleis van Justitie gedurende de renovatie. Dat vergt een zorgvuldige aanpak van ontwerp en fasering, óók om verlast voor gebruikers van het gebouw en omwonenden tot een minimum te beperken. Rowan: “Het vereist meer inspanning en acceptatie van de mensen die op deze locatie werken. We moeten tijdelijke voorzieningen creëren om te zorgen dat de rechtspraak door kan gaan.”

Impuls aan het vak

Nu het project vordert van ontwerp- naar uitvoeringsfase, denkt het team al na over toekomstige ontwikkelingen. “We moeten blijven kijken naar wat er om ons heen gebeurt”,  legt Rowan. “De mogelijkheden voor glasopwaardering zijn nu bijvoorbeeld al veel groter dan twee jaar geleden. En die mogelijkheden zullen de komende jaren blijven groeien.  ls consortium vinden we het van groot belang dat we mee blijven bewegen.” Caro knikt: “Er zitten niet alleen ruitdagingen aangefaseerd bouwen, maar ook kansen. De lessons -learned uit de eerste fase kunnen wij, maar ook de aannemer straks, benutten om de tweede en derde fase te verbeteren. Door projecten als dit evolueren we op natuurlijke wijze als ontwerpers. Het overleg met de ingenieur over de CO2-impact is een onmiskenbaar onderdeel van ons ontwerp proces, net zo cruciaal als de afstemming over constructieve integriteit en technische haalbaarheid. We ontwikkelen ook een steeds intuïtiever begrip van CO2-impact. Dit project geeft alle betrokken partijen een enorme impuls in hoe we ons vak uitoefenen.”

De renovatie van het Haagse Paleis van Justitie is naar verwachting in 2034 voltooid. Tegen die tijd heeft het consortium niet alleen een markant gebouw getransformeerd, maar ook een nieuwe standaard neergezet voor circulair bouwen in Nederland.

* Duurzaamheidsadviseur Charley Meyer leverde een belangrijke bijdrage aan de analyse en aanpak, maar was op sabbatical op het moment van het interview.

Dit artikel is gepubliceerd in de zomer 2025 editie van ABT Magazine

Foto’s © Sander Koning